Ik ben altijd dol geweest op taal. Als kind voorgelezen worden vond ik heerlijk, maar nog geweldiger was het moment dat ik leerde lezen. Sindsdien ben ik een boekenfanaat. En niet alleen houd ik van taal, ik ben er ook altijd goed in geweest. Op de lagere school (zoals die toen nog heette) ging onze juf op een dag de spellingstrijd met ons aan. Zij bedacht een woord en wees iemand aan die het dan op het bord moest schrijven. Was het goed, dan was het punt voor de klas, maar als het fout was, dan ging het punt naar de juf. Bij mij aangekomen, pakte ze er een woordenboek bij, want ze wilde een echt moeilijk te spellen woord, omdat in mijn geval het risico nogal groot was dat ik het goed zou spellen. Ik ben vergeten wie het punt won, maar ik herinner me deze leuke uitdaging in de klas nog goed.
Toen ik ergens in de twintig was, was ik bevriend met een schrijver die o.a. gedichten en liedjes voor kinderen en (ook bekende) volwassenen schrijft. We troffen elkaar meestal op het Filmmuseumterras in het Vondelpark in Amsterdam, waar we allebei woonden. Die terrasuren werden gevuld met vooral taalspelletjes waar we goed in waren en van genoten. Het was leuk omdat we echt aan elkaar gewaagd waren en elkaar vonden in de liefde voor taal (zeker niet in de liefde an sich; hij is net zo oud als mijn vader, haha).
Ik genoot met volle teugen van mijn zoon toen hij nog klein was en de grappigste dingen zei. Ik heb alles opgeschreven en een doos gevuld met papiertjes met gekke woorden en uitspraken. Leuk cadeau voor als hij op zichzelf gaat wonen (hij is nu 20, dus dat zou best snel kunnen gaan). Een van zijn allereerste woordjes was tèttès (trekker, we woonden in het buitengebied). Mokeletief vond ik een van zijn leukste vondsten en ‘golvens mij’ gebruiken we nog steeds. Turkije heet bij ons nog steeds Toekije en de woestijn boestijn. We ‘corrigeren’ elkaar soms wel 😊 Hij had ook een grappige neiging om een letter toe te voegen aan woorden en namen (Antita (Anita), Mantita (Marita), luikpaard, nijlkpaard, eenkhoorn, Graaf Octobad (Graaf Ottobad), rotonder). Smullen!
Tegenwoordig zitten mijn gezin en ik in de auto op de wontverkarming als het koud is, doe ik een paar keer per week schoodbappen en in de zomer gaat regelmatig de barbeknoei aan.
Taal heeft altijd in mijn top 3 van mijn passielijst gestaan. Katten staan er ook op en, tja, ik kan niet laten, kleding. Niet zo heel vreemd dus dat ik ooit een opleiding tot modestyliste heb gevolgd en nu in een kledingwinkel werk, echt omdat ik het zo leuk vind. En ook best logisch (al heeft het heel lang geduurd voor ik op het idee kwam) dat ik mijn werk heb gemaakt van taal en teksten verbeteren (ja, taalfoutjes eruit vissen en ondernemers helpen met nog lekkerder teksten creëren.
En we gaan náár vakantie. Heerlijk, zo’n kindermind. Vakantie is iets waar je naartoe gaat, niet wat er opeens gewoon is. Dus wij gaan naar vakantie en daar gaan we vet van negieten.
Gronnige zoet van mij,
Anouk